Rollen en taken
Deze week/periode gaat het over rollen en taken die je op je neemt of krijgt als je samenwerkt. Om samen een resultaat te halen benoem je wat er gedaan moet worden en wie dat gaat doen. Je benoemt dus taken en verdeelt deze. In een groepje heb je naast taken ook rollen. Binnen een rol heb je meerdere taken die bij elkaar passen. Je kunt bijvoorbeeld de rol van voorzitter hebben met als taken: een plaats voor de vergadering regelen, de agenda maken, gespreksleider zijn in de vergadering en de tijd bewaken.
Iedereen is anders wat betreft talenten, waarden en normen, hobby's, competenties, etc. Hoe regel je met elkaar dat iedereen een goed passende rol en takenpakket krijgt? Het is belangrijk dat elke leerling in zijn of haar rol plezier en succes kan ervaren en zich verder kan ontwikkelen. Jezelf en anderen kennen en waarderen, het nakomen van afspraken en verantwoordelijkheid nemen zijn (ook) aspecten van zelfregulering en worden meegenomen in het gesprek en in de activiteiten in de komende week.
Doel
Het doel is dat leerlingen verschillende rollen en taken benoemen en nagaan hoe ze deze zelf en samen goed kunnen uitvoeren. Het gaat ook om het vergroten van het bewustzijn, het (zelf)vertrouwen en inzicht in eigen en andermans kwaliteiten. Dit helpt om eigen kwaliteiten en die van anderen beter te benutten en daardoor makkelijker samen te werken en er meer plezier en resultaat mee te bereiken.
Afronden
Noteer en bespreek de komende tijd met elkaar wat er komt kijken bij het verdelen van taken: hoe verloopt de verdeling, om welke taken gaat het, wat vind je fijn of goed, wat vind je vervelend, etc. Denk ook na over rollen in de groep en specifiek over jouw rol; ben je bijvoorbeeld degene die anderen tot actie aanspoort of vaak de bedenker van oplossingen? Waar ligt jouw kracht en jouw voorkeur? Geef en vraag feedback op hoe je werkt (en hoe anderen werken) en bespreek hoe je verder gaat. Noteer de bevindingen en tips, zodat iedereen in de klas ervan gebruik kan maken.
Lesinhoud met vragen
Introduceer het onderwerp 'rollen en taken'. Dit kan bijvoorbeeld met je eigen rol van leraar. In deze rol heb je verschillende taken. Daarvan kun je er zelf een paar benoemen en aan de leerlingen vragen dit aan te vullen. Om het klassengesprek te voeren kun je een project noemen dat dit jaar binnen school wordt uitgevoerd en waarbij wordt samengewerkt. Een voorbeeld kan zijn: een musical, open podium, een vakoverstijgende opdracht. Denk ook aan opdrachten die (binnenkort) in een van de vakken aan bod komen en waarbij leerlingen in een groepje moeten samenwerken. De volgende vragen helpen bij het nadenken over rollen en taakverdeling:
- Als jij taken verdeelt, hoe doe je dit dan? Waar denk je aan bij het verdelen van taken?
- Welke taken zou je kunnen hebben in de rol van presentator van het eindresultaat?
- Welke rollen kun je aannemen in een groepje dat samenwerkt? Waar moet je dan goed in zijn?
- Waarin zou jij beter willen worden? Welke rol speel je weinig, maar wil je proberen, en welke taak of taken wil jij ook een keer uitvoeren?
- Als je zelf een groepje mag samenstellen om mee samen te werken, waar zou jij dan rekening mee houden?
- Wat zou je kunnen doen als je merkt dat jouw rol of taak niet goed bij je past of dat je het lastig vindt? Wat kun je doen als anderen hun taak niet, of niet goed genoeg, uitvoeren? Hoe gaat het dan verder met de samenwerking? Hoe kun je er samen voor zorgen dat er (toch) een goed resultaat behaald wordt en iedereen zich prettig voelt?
Het is handig als er een overzicht ontstaat van rollen en taken en van wat leerlingen belangrijk vinden hierbij. Dit overzicht kan leerlingen helpen om binnen een samenwerking de rollen en taken beter te benoemen en samen te regelen wie wat gaat doen.